Armoede en gezondheid

Er is een duidelijk verband tussen armoede en gezondheid . Ook blijkt dat het beeld dat iemand heeft over zijn gezondheidstoestand  goed correleert met zijn werkelijke gezondheid.
Gezondheid wordt hier gedefinieerd als goed kunnen functioneren zowel op lichamelijk, mentaal en sociaal vlak.
Het is duidelijk dat hoe beter de opleiding is die men heeft doorlopen hoe gezonder men zich voelt. Geografische kaarten van België, opgesteld volgens rijkdom per gemeente, blijken heel goed samen te vallen met kaarten waar de levensduur en gezondheid worden gemeten. Met andere woorden hoe hoger het inkomen hoe groter de gezondheid en omgekeerd.

Globaal kleurt Vlaanderen rijker in op de kaart van België dan Wallonië en bijna evenredig is het aantal vroegtijdige sterfgevallen bij mannen en vrouwen onder de 74 jaar in Vlaanderen lager dan in sommige gemeenten van Brussel en Wallonië (dit tussen 2003 en 2009). In het Brussels gewest is er een duidelijke relatie tussen het gemiddeld inkomen van de burgers in de verschillende gemeenten en de levensverwachting (Bij mannen gaat het om een verschil van soms tot 3 jaar gemiddeld, bij vrouwen 2 jaar .(2009/2013).

 

Toch is het zo dat in ons land in vergelijking met onze buurlanden  de armoede meer toeneemt. Er zijn verschillende oorzaken : gescheiden oudergezinnen, een toename van de verslavingsproblematiek met ziekte en werkverzuim als gevolg, opleidingen die minder goed afgestemd zijn op  de arbeidsmarkt, minder goede begeleiding van de mensen die ziek of werkloos worden, het soms heel vroege brugpensioen, het hoge aantal chronisch zieken (met lage uitkering), het niet mogen bijverdienen als er een uitkering is, de ziekte uitkeringen die niet beperkt worden in de tijd. Sommigen hebben er ook weinig financiëel voordeel bij als ze gaan werken (ze verliezen bijvoorbeeld een premie, moeten met wat ze bijverdienen  belastingen betalen, enz…)
Voor de mensen die wegens ernstige ziekte en leeftijd toch uit de arbeidsmarkt definitief verdwijnen zijn de vergoedingen te laag.

Het is voor de medici dan ook een opdracht om verslaving met patiënten te bespreken en  naar oplossingen te zoeken.

Volgens het opleidingsniveau zijn er bij hogere scholing minder psychische klachten, hart- en vaatziekten, diabetes, ademhalingsproblemen, obesitas, rugklachten en bloeddrukproblemen. Misschien is dit verband niet altijd oorzakelijk. Met andere woorden gaan de mensen die genetisch bevoordeeld zijn niet alleen betere scholing hebben maar ook minder ziektes opdoen.

In Vlaanderen zit ongeveer 10 % van de bevolking onder de armoedegrens (voor een alleenstaande betekent dit een inkomen onder de 973 euro per maand of voor een koppel met 2 kinderen onder de 2044 euro pr maand )

Wat zijn de hulpbronnen voor iemand die in onze maatschappij wil handhaven en zijn doel bereiken? Waar moeten we op inzetten in de toekomst?

Een goede gezondheid, goede huisvesting, een aangepast opleidingsniveau, materiële reserves en maatschappelijke ondersteuning .

Onze lichamelijke weerstand, vaccinaties, rust en zelfvertrouwen een veilige ruimtelijke ordening ,aangepaste kledij , zuiver water ,duidelijke verkeersregels , reglementeringen in de maatschappij versterken onze weerstand.
Ook moeten we proberen te zorgen voor fysieke activiteit, kwaliteitsvolle relaties, contact met de natuur, sociale ondersteuning, ons proberen nuttig te voelen voor de anderen, een aangename omgeving te bewerkstelligen……Dit alles moeten we proberen in onze rugzak te stoppen voor we  onze verdere levenstocht aanvangen……

 

Dat welstand niet altijd meer gezondheid impliceert tonen de grafieken rond borstkankersterfte : daar is de sterfte groter in de welvarende regio’s waarschijnlijk omdat vrouwen later hun eerste kind krijgen en minder borstvoeding gaven (cijfers 2003/2009).

Bron :W.I.VBrussel